Begon ik m’n verslag van gisteren nog met uit te leggen wat we de komende dagen van plan waren, bereikten ons gisteravond berichten uit Nederland die de boel weer overhoop hebben gegooid. Zonder verder in details te willen treden heeft PST om zakelijke redenen moeten besluiten om vandaag – na de passage van Briançon – rechtstreeks (in 2 dagen) naar huis te rijden. En aangezien de stelregel van BCB-tours is ”samen uit, samen thuis”, hebben PSL en GJ besloten om mee terug te rijden (mede ingegeven door ’t feit dat ’t weer de komende dagen nou niet bepaald ‘je dát’ is…)
Eindigde ik gisteren met ’t gegeven dat we drietjes vroeg gingen slapen, nouuuuu…. dat gold alleen voor 2 van de 3 musketiers. Want daar waar PSL en GJ in een heeeerlijk bedje lagen te ronken, lag PST in een fakir-bed waarvan de nodige splinters van de houten plank waar ie op lag, her en der gaatjes in z’n rug en benen prikten.


En zo vertrokken we vanochtend onder een stralend zonnetje, met her en der al opbollende stapelwolken, richting Grenoble om van daar uit via de peage de thuisreis te aanvaarden. Gezien de gezondheidssituatie van PSL met mede in ’t achterhoofd zijn slechte dag van gisteren, werd wel ’t voorbehoud gemaakt dat PSL wellicht in 3 dagen naar huis zou rijden en dus vroegtijdig zou afhaken. Ik zou wel kijken hoe het ging, en op basis daarvan mijn vervolg bepalen.

Ondanks dat we vandaag ”naar huis” vertrokken (heeft voor ondergetekende zelfs een dubbele betekenis…), hadden we toch nog 2 mooie alpencols op het dagmenu staan. En ook nog een derde, maar die verdiend de kwalificatie ”mooie” niet.
Onder prima omstandigheden werd de Colle dell’Agnello beklommen. We zitten nog in Italië dus vandaar deze schrijfwijze. Deze prachtige col heeft welhaast mythische betekenis voor beide Peters, die nog altijd in geuren en kleuren kunnen oreren over hun avontuur naar/op deze pas in 2010. Op plekken lag nog meters sneeuw langs de kant, en dat is ook niet zo vreemd aangezien de pashoogte op 2.744 meter ligt. En ja, dat is één van de hoogste passen in de Alpen (zo uit m’n hoofd zeg ik: 4e plek, met enige twijfel). Eenmaal boven hebben we op de grens van Italië en Frankrijk geposeerd voor ons gebruikelijke statieportret. In de sneeuw uiteraard.



Daarna volgde – tussen massa’s sneeuw – een snelle afdaling naar het bekende (”beruchte”, zie verslag van 2010) Queyras, wat dan weer gelijk aan de voet van PSL’s favoriet ligt: de col d’Izoard. Inmiddels zijn we dus ook weer in la France. Na een heerlijke klim volgde een – naar mijn mening – nog mooiere afdaling.
Rond de top, zowel ervoor als erachter, zijn we regelmatig geflitst. Dat gaat weer geld kosten…. Ík ben zelfs nog een keer op en af langs de laatste flitslokatie gegaan…. Voor de duidelijkheid: het betreft hier fotografen van diverse firma’s die prachtige foto’s maken van al hetgeen er voorbij rijdt. Verwacht maar een/meerdere nieuwe profielfoto’s de komende tijd, tegen een forse vergoeding uiteraard 😉
In de afdaling heeft PSL z’n laarzen en stepjes weer over ’t asfalt kunnen laten schuren. Wat een héérlijke col!!! Snel waren we in Briançon waar feitelijk de thuisreis begon. Eerst volgde nog de Col du Lautaret wat niet veel meer is dan een volgas molshoop. Voor motorrijders uiteraard, want als je met je fietsje naar boven moet, dan heb je toch wel een héle flinke mol nodig om d’r een hoop van 2000 meter hoogte neer te leggen.
De afdaling naar Bourg d’Oisans is verder ook van het HSL-gehalte, zeker op een zaterdag. En ja, ”le Bourg d’Oisans”, da’s voor mij ook weer een beetje ’thuis’ hè.
Geluncht werd rond 1 uur, even voor Grenoble. Met mij ging ’t nog goed dus spraken we af dat we gedrieën nog 2 uur zouden rijden tot Bourg-en-Bresse en daar zouden gaan overnachten. Het was bloedje heet en de voorspelde regen bleef zo te zien uit en dus werd regenkleding weer uitgetrokken en indien beschikbaar ingewisseld voor een doorwaai-jas. Echter, hoe dichter we Bourg en B naderden, hoe donkerder de lucht werd. Rond 4 uur bereikten we droog ons B&B-hotel in BenB 😀. Uiteraard had PST de eerste keuze qua bed, maar er was geen fakir-bed meer bij deze keer 😀. We hadden geluk, 10 minuten nadat we op de kamer waren kwamen de eerste dikke druppels naar beneden, vergezeld van enkele donderslagen. Onze gebruikelijke (ahum 😀) middagwandeling hebben we maar overgeslagen en in plaats daarvan hebben we een siësta gehouden.


Toen we weer wakker werden was de lucht opgeklaard en was ’t tijd voor een wandeling naar de naastgelegen Buffalo Grill alwaar we lekker hebben gegeten en gedronken. Even na 9 uur waren we op de kamer terug waar we nog even naar de CL-finale kijken (as we speak, 0-0 bij rust).

Voor morgen resten ons nog zo’n 700km snelweg (ca 6 uur rijden), tot we thuis zijn. Hopelijk zijn we voor de ergste hitte thuis. Ik neem aan dat dit de/mijn laatste bijdrage is aan deze bcb-jaartripblog. Dus ik zeg niet meer ‘a demain’ maar ‘a l’annee prochaine’ cq ‘ser deg neste år’ 😉.